29.12.10

Het Oene Boekje

Misspellingen kunnen soms nieuwe betekenis genereren, en wel zodanig dat de misspelling een waarde kan krijgen die onvervangbaar en goed inzetbaar blijkt te zijn. Deze woorden zijn er wellicht in overvloed zonder dat wij ons er algeheel bewust van zijn. Daarom wordt nu een toevoeging gepresenteerd aan Het Groene Boekje: een Boekje met een encyclopische opsomming van woorden die ons taalspel verrijken zonder dat we er bij stilstaan hoe dat zo gekomen is en hoe het preciezelijk in elkaar steekt. Een passendere naam dan Het Oene Boekje leek ons niet mogelijk. Hier is een voorpublicerend voorbeeld om een voorbeeldig beeld te geven van het geheel:

nazaad m/v een nakomeling die niet veel verder is gekomen dan de initiële beweging naar de totstandkoming van een onderscheidbare levensvorm; gebruik van deze term komt veelvuldig voor in gesloten gemeenschappen en onder ernstig hormonale adolescenten [eetimologie: wegens specifiek schriftelijke herkenning bij het enkelvoud, werd in de spreektaal veelvuldig het wél hoorbaar verschillende meervoud gebezigd: "nazaden"; dit werd in de volksmond al snel herleid tot het praktisch uitspreken van een van "nazaat" onderscheidend enkelvoud in de vorm van [nazad/t]; de formele spelling op schrift blijft volgens dit Oene Boekje echter toch (onder volks protest) "nazaad", dit ook om mogelijke verwarring te voorkomen met het gebruik van het werkwoord "nazatten" -zie elders]

18.12.10

Observatie

er is in Utrecht een kinderdagopvang genaamd De Melkfabriek

9.12.10

De teerling is verworpen

hard moeten we zijn:
onder ons geklaag
schuilt onbuigzaamheid

8.12.10

ontbinden

voornoemde band is opgeheven bij gebrek aan duurzaamheid
een grap wordt oud. een band mag niet verouderen

nieuwe initiatieven zullen zich vrijelijker gaan ontplooien;
richtingloosheid en vrijheid, doelbewuste vergaring van rijkelijke onverwachtsheden
is het plan

man, on a mission

29.11.10

er is een band

naam:

De Gestresste Non

te verwachten debuutalbum:

"monnikenwerk"

(songtitels? onder voorbehoud: 'Strak van de Spanning'; 'Stress in de tent'; 'Tunnelvisionair'; 'Ik verbind U even door'; 'Het wachten waard'; 'Geen tijd voor koetjes en kalfjes'; 'Non-conformisme')

17.11.10

Little Oxford English

rogue n. 1 a dishonest or

mischievous person. 2 an

elephant living apart from the

herd.

14.11.10

hekkensluiters, wij

De verstotenen van de maatschappij -
wie zijn dat?

En wat is dan de maatschappij?
Wat zegt dat over de af-stotende werking?

Dat het bestaat, dat zegt het.
En dat er rechtvaardiging voor bestaat.

Is dat niet al pijnlijk genoeg?

12.11.10

haiku/hokku?

ik krasssssss met een pen op papier
nee, het is een beeldscherm
mijn hoofd krast

Water schudt uit mijn mouw
regen daalt neer op aarde
ik urineer ellende

zonder omwegen besef ik
deze tijd
had beter besteed kunnen zijn

ondersteboven hangt
rechtop staat
draaierig perspectief wisselt

de damp wil maar niet
mijn hoofd ontvluchten
en ik kan er ook niet uit

zal ik nog een poging wagen?
kijkend naar het naderend onweer
hoop ik op een bliksemschicht

de gevoelloosheid van de winter
treedt binnen in mijn vingertoppen
maar was al eerder thuis in mij

het hoofd zal niet hangen
de zin zal niet lopen
de kar is aan mij om te bewegen

we roepen op
de zon in al haar scherpte
en dwingen haar te schijnen

SCHIJNEN!!!
doorPRIK dat holle hoofd
ontDOE de ver-doof-ing
NU

Wablief? Ja, dank je, jij ook.

Het verwarrende worden van woorden
tot een brij waarbij letters meer eenheid vormen
dan de betekenis van een groter geheel?

Neemt het kleine ietepieterdeeltje het over?
Hebben we eindelijk revolutie?
Gaat de punt op de i eindelijk haar eigen weg?
Verliest het fundament (een l zonder kop) haar betekenis,
haar zin, haar vorm, haar uitspattingen, haar extase?

Het verspringen van tekens waarbij woorden
zich ontbinden tot een geheel andere betekenis
omdat de verwarrende brij van voormalige lettereenheden
de benen heeft genomen. We lopen mank, zei ik.

2.11.10

kortkortkort

Ik vang een citaat op in een lezing:
"Nietzsche zei ooit:
'Definieerbaar is alleen datgene wat geen geschiedenis heeft.'."
Is er dan wel iets definieerbaar? Want wat heeft er geen geschiedenis?
Hoe definieer je geschiedenis?

Kan (een) geschiedenis
gedefinieerd worden
middels een

open einde
?

28.10.10

Dutch Design Week '

Waar ergert een mens zich aan? De één ergert zich aan hondepoep onder en om de schoenzool heen gevouwen, de ander aan de wanhoop opwekkende staat van samenlevingsverbanden. Meestal zijn deze één en ander ook één. Toch zijn er ook ergernissen die niet door iedereen gedeeld zullen worden. Wat er dan gebeurt, is dat een geërgerd persoon zijn ergernis zal willen delen met een medemens. Om dat te bereiken wordt die ergernis in een breder kader gegoten en/of theoretisch verantwoord. In ieder geval wordt er zodanig mee om gesprongen, dat een ander aangesproken wordt als ware het geen persoonlijke en incidentele ergernis maar eentje van een algemene en wellicht universele strekking; eentje die door iedereen gedeeld moet worden, als men er zich maar bewust genoeg van was. Bewustwording van de ergernis ter opvoeding van de burger. Nou nou, poeh poeh. Willen we dat wel altijd? Den matriarch of patriarch staat weer eens op de deurbel te hameren. Gewoon achter de bank kruipen.

Eentje die ik graag wil delen en omringen met een motiverend kader: het Grote Montuur. Totaal overbodig en achterhaald, toch populair. Mensen willen zich ermee onderscheiden en plaatsen zich daardoor binnen een massa fantasieloze gelijksoortigen. Leeghoofdigheid en strebergedrag? Wat er in ieder geval over gezegd kan worden, is dat het een hopeloos anachronisme is: al die moderne "design"erigheid die teruggrijpt op geforceerd iconisch verklaarde stijlmiddelen. Combineer dat met de verplichte iPod en het anachronisme wordt er nog groter op. Je montuur moet zo primitief mogelijk zijn, maar gadgets horen niet terug te verwijzen. Oftewel: het gaat helemaal nergens over, en al helemaal niet over functionaliteit.
Precies in deze zelfde categorie valt het jonge modieuze meisje met hoofddoek: ik begrijp heus wel dat je wilt laten zien waar je voor meent te staan, maar het anachronisme en de functionaliteit gaan volledig aan je voorbij. Een hoofddoekje boven een minirok: nu heb ik veel eerder de neiging om mijn hand op een verrukkelijk wiegende kont te leggen dan door een bos glanzend en opspringend haar te halen, en dat niet alleen vanuit functionalistisch(-evolutionair-biologisch?) oogpunt. Oftewel: dat hoofddoekje en dat grote montuur: voor mij persoonlijk betekent het niets meer. Hoeft niet. Maar zolang ik er niet onder bedolven word, zolang de achterlijkheid zich niet teveel aan me opdringt, zal ik ook geen verandering eisen. Laisser-faire.

Dus wanneer Geert Wilder een "kopvoddentaks" zou willen instellen vanuit de één of andere drogredenering, laat 'm dan ook eerlijk zijn en zijn persoonlijke ergernis correct theoretisch omkaderen. Wat in zou houden dat hij net zo goed het grote montuur en vele andere zaken onder die taks moet plaatsen. Al die wanhopig verwijzende anachronismen. Al dat zoeken. Al dat zogenaamde afzetten. Al dat halve, zonder echt door te breken. Al dat kuddegedrag, maar waar is het voorste schaap? Al lang en breed dood en begraven in de wereld van de fictie. Engelsen zeggen "yearning". Maar dat men dan ook eens na gaat denken over naar wat men dan zo verlangt. Dan zou er nog iets fundamenteels kunnen veranderen. (En nee, zo'n montuur is niet "gewoon speels", het wordt ingezet op een manier waardoor het niet meer vrijblijvend kan worden benaderd: het montuur an sich is vervuild geraakt.)

20.10.10

To abandon the abundance

Word plays are often the starting point for thinking: they activate your brain cells by showing connections. And connections are exactly the things the human brain is constantly trying to construct. Precisely because of that many, if not most (if not all...) arguments and theories trying to solve some difficult puzzle end up being nothing but trapped in a play of words that seems to refer to something true.

So why not start with a word play: putting two words together that have a similar sound yet seem to mean something else. I do not do this because I thought there is meaning behind these two words, and I did not start this for the sake of finding some truth behind the connection. All the while, though, I must confess I felt immediately appealed to this interplay of these two words. Why? Could it be for something else but the sole reason that my brain is able to connect some more? Am I fooling myself again by unconsciously hoping for meaning behind the sound? Or will I just put it in as I go?

Well, here I go. To abandon, to leave something alone. An abundance, an overflow, a plenitude, loads of something. Of what? Of something which is abandoned. The abundance: a specific plenitude, or exactly the opposite: all that is an abundance. Yes! To abandon all that is an abundance, means to get rid of all overflows. Perhaps it leads to a peace (not a piece) of mind. What is "peace of mind" (Boston would like to know that as well, by the way)? Is this peace in the brain the absence of activity, pausing from making connections? Or is it the opposite, feeling like you get things connected and enjoying your grasp? And after all, when your brain is not making connections, doesn't that equal you being dead?

14.10.10

knietsoor

"Knotting" en "nothing" zijn wel een beetje als elkaar uit te spreken - het verbinden van lusjes is de ene, het helemaal niets zijn is de andere.
Als het alleen maar gaat om verbindingen,
om context,
om verhoudingen, en als alles afhankelijk is,
wat is dan het ene deeltje,
als dat in de knoop zit met al het andere,
en er niet zonder kan bestaan? Precies.

Of ongeveer dan.

Of is het pas zonder het geknoop, zonder al die wirwar, niets?
Het is juist die knoop die voortdurend in de maak is, die ervoor zorgt dat er iets is.
Zonder geknoop is er niets.*
Kies je uitspraak zorgvuldig.

*Daarom: we blijven schrijven. Noodzakelijke zelfbevestiging.

6.10.10

Aimma

To become, to be, and still, and still, to enter all. How to do that?
Spread oneself all over the place.
I'mma gonna be all over the place.
To BE AND. To be is...to be - is. And is to be? If is is to be, than to be typing this, too, is to be.
We should not be institutionalized. Not by any BEING, nor by any AND either.
If the human world works as the shithole we get presented all too often, then how to act?
We should act (cheers, Spinoza), since if we don't, our connections to the world will perish. And what else are we than that? No mere subjects, but dots in a unity. "Unity" can be a disgusting word. It is often used by asshole-traditions. We do not use it that way. Purify the word. Purify the world. Don't make it, let it be, by being. BE-ING. UNGH. PUSH. "Purify": another infested word. Everything gets institutionalized. I shall hereby mark every singular AND repeated word (as you see). Institutionalized: a whole armageddon of coffee-drinking idiots.
Starbucks.
Starfucks
Buttfucks
Anal rape.
You heard me. Disgusting marketing, capitalist chauvinist familiarizing discriminating shitcreating crap. We shall defamiliarize. Do you know me really? Can you speak for us? Is shock permanently needed to keep people alert? Are we longing for another Auschwitz?

All those blank faces. The institution squeezes the life out of itself. And what are all those faces doing? All those students keeping their secrets to theirselves. That they know shit. We know shit. We cannot even distinguish chocolate from bullcrap. It all tastes the same: blank faces, no matter what the teacher tries to trigger. Blank faces. So why care for governmental actions to kill culture? We can do it ourselves! We, the handicapped people, one nation under a bright sun. Let's all just put those friggin' sunglasses on our heads. Take shelter. Get on with it.

All over the place. Splattered brains. The horror that everyone embraces. Embrace THIS.

As Deleuze said: hate is closer to sympathy than false love and sweet words.

30.9.10

Blues has Western Roots

It is always said that blues music originated from the African continent and its original inhabitants. That, obviously, is some ignorant bullshit. It is about time to truly give credit where credit is due. It is Western civilization which enabled the emergence of blues. When the African continent became popular as a source for work power, its people got involved -and will never be unattached from it- in cultural movements that had a far bigger reach than ever before. The 'menselijke maat' was lost in this first step into modernity. Enslavement was one thing, mass production another. Modernity, an invention of the West, created and keeps on creating an atmosphere which touches people in a substantially different way than ever before. Thus blues music as we know it came to be: new inhabitants of the West getting confronted with an overwhelming culture shock and responding to it from their freshly-lost roots. There was and there is no way back. Everything is infested, as globalization helped the Western roots become present everywhere. No matter what cross-breeding and mixing, changing and overtaking of different cultures will happen, we cannot get rid of those roots in a globalized world. Thus the blues will be heard in every corner of the world.

29.9.10

Beyond Auschwitz

It seems a new era has been started. An era in which the imagination is no longer intimately horrified by the idea of thousands of people being murdered as if they were mere objects. The image of Auschwitz, to speak with Adorno, has become a consumable heritage, an inherent part of our culture -as if it were no abomination that could and should not have been.

No, the large part of society no longer has primal emotions concerned with this. Of course: we do feel perplexity, unbelief, shame and disgust to a certain extent, but not fully. This change has come about simultaneously with the more and more individualized cultural developments. What grips our guts (and cunts) most, is not the image of a pile of bodies, seen from a distance, but the image of one body being tortured in most horrible ways. One can imagine this because the body could be one's own, the feeling could be one's own. The most sacred thing is one's own life. This, I must confess, is also what I tend to lean toward to. It is not an uncriticizable tendency, though. One that, perhaps, we should fight in order to save some sort of civilization. The piled bodies are lifes that are lost already, people that have passed through life and cannot suffer anymore. It doesn't seem to matter why they ended, as long as we don't have to see their individual suffering. Horror movies of past -and probably coming- decades perfectly depict the grandest horror of modern times. Movies about World War II have become things about heroism, blunt suffering and unspeakable grief. But all that is unspeakable, has been reduced to this: the hollow phrase "unspeakable". We speak of it, but do not know what it means. It is a luxury we should be more careful with. But, when looking at popular culture, the emptiness seems prevalent and hard to fight: "Mass murder, that is sooo 1940's!" Just a bit less weight, and the lightness becomes unbearable.

9.9.10

SAH

Ik begrijp de woorden niet.



Wat doe je als je als je



ALS JE



nietbegrijpwataandehand?



hoe HOE? er is een wringen



Ze dringen niet, ze duwen terug



door mijn verstand. of ondanks?



of dankzij? ofofOF?



----

een groot duister gat



waar ik probeer te zijn.

28.8.10

Geschieden-is.

Wangzakhangdag-hoe lang
voordat het voorgevochtene
ontsnapt en zich een weg baant
naar afgelegen mondholtes die
spugen in de wangzakken, weg-
gedrukt in haastige inflatie
van omvangrijke catastrofes?

Schemerleven. -Proloog

Het lijkt erop / dat vanavond

zo'n dag wordt
waarop de nacht
overgaat in geschemer
zonder inmenging
van tijd.
Of enige andere logica.

Vertwijfeld kijken wij maar weer
onze tenen aan,
maar zij weten het ook niet.

antwoorden verdwalen
over paden zonder lijnen of horizonten

Wij kijken het aan,
zonder blikken verkozen
boven lamlendige rechtlijnigheid.

24.8.10

Zweet

het ding lekt
geen woorden deze keer
draai om, houdt stil, krimp in,
van achter, voor, overlangs:
alles stroomt, druipt, kruipt
waar het niet gaan mag.

Leven broedt.
Rotting bloeit.
Ik stink.

22.8.10

weten en willen

Fascisme zit in de kleinste hoek, in de onopvallendste beweging en in de onschuldigste motieven. Het zoeken naar een waarheid, eentje die overeenkomt met de werkelijkheid, vloeit meestal over in een poging de wereld om zich heen te begrijpen met behoud van de persoonlijke achtergrond: iedereen is nu eenmaal op een bepaalde manier de wereld in geworpen: standplaatsgebondenheid, zelfs al is de standplaats in beweging. 'De wereld willen begrijpen' vloeit dan samen met 'zoeken naar een waarheid', zodanig dat de twee niet meer nauwkeurig uit elkaar gehouden worden. De kiem van elk mogelijk fascisme is ermee gezaaid. Wat is dit fascisme? Het is niet per sé van oorsprong Italiaans, net zomin als een Scandinaviër die het eigen ras puur en sterk wil houden zich daadwerkelijk beroept op historische gegevens. Zo'n persoon is een volgroeide, perfecte fascist. De gevaarlijkste in haar soort. Hij heeft zich toegelegd op het uitzoeken van díé gegevens die zijn theorie en overtuiging ondersteunen, en hier een complex netwerk van geknoopt waar anderen in verstrikt kunnen raken die niet zien wat er aan de hand is. Gegevens omtrent bloedlijnen, isolatie van de buitenwereld en dergelijke worden sterk uitgewerkt. Wat ontbreekt, is de nuancering met historische feiten omtrent rooftochten over de hele wereld voor zelfbehoud, voortplanting middels 'vrouwelijke buit' etc. De fascist construeert zoals het hem uitkomt, en noemt dit 'waarheid'. Politieke partijen komen ook zo naar buiten met hun partijprogramma's. Zij zijn fascistisch. Media eisen dit van politici. Journalisten zijn fascisten. Men wil niet weten, men wíl slechts. Helaas is dit niet altijd willens en wetens: men is zich lang niet altijd bewust van dit eigen fascisme, en dat is wat het zo gevaarlijk maakt: fascisme zit in de onschuldigst ogende handeling.

11.8.10

met voeten be- of getreden

Ooit het Financieel Dagblad gelezen? In eerste instantie begreep ik niet zo goed wat er aan de hand was. Kon ik me niet concentreren tijdens het lezen? Begreep ik de redeneringen niet, was dit te ver boven mijn intellectuele pet? Want wat ik las vond ik allemaal maar bevreemdend en onlogisch klinken. Na een poosje begon het tot me door te dringen dat het perspectief van deze krant wellicht wat eenzijdig zou kunnen zijn. Overmatige blootstelling aan beursnoteringen had misschien wat dwarsverbindingen in de hersenen van de journalisten en redactie afgekneld. Het perspectief op het nieuws van de dag kleurde zich eenzijdiger dan ik had kunnen inschatten bij het openslaan van een 'krant'. Wereldvreemdheid vermengde zich zodanig ingenieus met objectief gepresenteerde meningsvorming omtrent gebeurtenissen en ontwikkelingen dat ik er draaierig van werd.

De wereldvreemdheid gepresenteerd in het Financieel Dagblad komt volgens mij voort uit een veelvoorkomende misvatting: dat datgene wat veel macht uitoefent in en op de wereld ook het meest objectieve en wereldse perspectief biedt. Dat als je die bepaalde lijn volgt in je denken, je het helderst in de wereld staat. Beursnoteringen, als summum van het kapitalistisch ideaal van velen, oefenen veel macht uit op het wel en wee van ondernemingen over de hele wereld. Aandeelhouders hebben een macht over dingen die ze niet vanuit hun eigen bestaan kunnen rechtvaardigen. Deze macht is namelijk op niets anders gebaseerd dan het machtsprincipe zelf: opkoping, investering, beoordeling en winstlust. Wát er feitelijk gebeurt achter de aandelenhandel (de inbreuk op andermans levens zonder enige betrokkenheid), dat is waar de macht strandt en zich daadwerkelijk manifesteert. Dát is de wereld. Voor de wereld is geen interesse als je vanuit beursnoteringen redeneert. Je draait je rug naar de wereld.

En als je nu gaat zeggen dat het toch maar mooi is hoe de wereld draait en dat die cijferneukende mensen wel mooi bepalen hoe de wereld ervoor staat en dus wel degelijk heel erg in de wereld staan en blablabla, denk dan nog eens na. Dictators genoeg die een heel land beheersen en dus een groot oppervlak van de wereld naar hun hand zetten. Kim Jong Il kan zomaar bepalen hoe vrouwen zich op straat en op de werkvloer moeten vertonen, gebaseerd op zijn eigen vrouwbeeld. En hoewel hij dus bepaalt wat er in dat opzicht gebeurt, laten we eerlijk zijn: die uitgevoerde ideeën zijn echt compleet van de wereld.

Dictators kunnen ontwikkelingen afdwingen, maar nooit bepalen hoe de wereld er écht uitziet. Kim Jong Il kan de vrouwen niet dwingen het eens te zijn met hoe ze zich moeten kleden. Beursnoteringen zullen nooit een opinie rechtvaardigen. Opinievorming op basis van beursnoteringen levert een ridicule krant op.

(Maar leiden bestuurlijke functies en de eisen die ze stellen aan de betrokkenen niet noodzakelijkerwijs tot een zekere wereldvreemdheid? Barack Obama kan zich niet meer ín de wereld begeven als president; zijn werk bestaat uit het filteren van alle gekleurde informatie die hij doelgericht toegeschoven krijgt. Hij haalt het niet meer zelf uit de wereld, want hij wordt omringd door een gigantisch netwerk van lobbyisten en andere opinievormende 'informatieverstrekking'. De kwaliteit van zijn presidentschap hangt af van zijn herinneringen aan mogelijke momenten in zijn vroegere leven. Momenten waarop hij in contact stond met de wereld en haar zélf aan kon voelen. Zo werd tijdens het voorzitterschap van Agnes Kant van de SP duidelijk dat ze met al haar gestudeerde informatieverwerving absoluut niet geschikt was om een partij te leiden die probeert dicht op de wereld te blijven. Haar denkstappen bleken té misvormd door haar achtergrond en aldus compleet van de wereld.)

9.8.10

Tegenstrijd

Donker als een dennenbos
rijg ik mij aaneen in een regen van prikkedingen
en het drukt naar op mij,
daar, waar ik ontsta:
het systeem mens.

Maar ik verzet
mij met chaos
en chaos met mij.
Samen gaan wij hand in hand
als blok aan eigen been.

12.7.10

Zeno's arrow - jumping to conclusions

Een paradox ontstaat wanneer een mens zich over een dynamische situatie buigt en die in theorie probeert te vangen: het dynamische stagneert (en hoe we ook ons best doen, we lijken de oorspronkelijke situatie niet meer adequaat en probleemloos te kunnen representeren, hoe makkelijk die ook lijkt).

In quantummechanica lijkt men ondervonden te hebben dat bij de observatie van een situatie die observatie zelf een invloed blijkt te hebben: de observatie wordt een onderdeel van de situatie: de situatie is, geobserveerd, een andere situatie geworden. Objectiviteit in meetresultaten blijkt (hier) principieel niet mogelijk. Het dynamische stagneert (in onze aanwezigheid). (Onze reflectie op de situatie loopt vooruit op de uitkomst, legt haar vast: hypotheses bewerkstelligen de onvrijheid van de menselijke toekomst. Reflectie is toekomstgericht. De wereld is maakbaar.)

7.7.10

Zu-spät-Romantik?

Overdenk, Vier:

Twee geboden
die uiteenvallen in hetzelfde.

Is het immers niet het doordrongen zijn van een aanstormend besef, het je opwarmend doorleefd voelen met een wereld die zich uitvouwt van binnenin naar buiten je?
Liggen deze twee niet verstrengeld in elkaars armen, als onafscheidelijke geliefden die vol onbegrip wegkwijnen wanneer zij bruut, ondoordacht en onbekommerd uit elkaar worden getrokken?

Doormidden gescheurd, een breuklijn
waar mensen aanspoelen op een onbewoonbaar eiland
met in de verte


hoop

op hereniging
met de wereld
die doorleefd is van elkaar.

Wanneer zij elkaar raken
en onafscheidelijk blijken te zijn;
nooit verdwenen geweest:
dat besef, die viering, die vreugde.

6.7.10

Andermans woorden

"De natuur wil niet het uitsluitende bezit van een enkeling zijn. Als eigendom verandert zij in een kwaadaardig vergif dat de rust verjaagt en de verderfelijke lust opwekt om alles binnen die kring van de bezitter te trekken, met eindeloze zorgen en wilde hartstochten tot gevolg. Zo ondermijnt ze heimelijk de grond van de bezitter en begraaft ze hem binnen korte tijd in de zich openende afgrond, om van de ene hand in de andere over te gaan en zo gaandeweg haar neiging te bevredigen om allen toe te behoren." (p.70)


"Het geweten is het meest eigen wezen van de mens, in volle verheerlijking; het is de hemelse oermens. Het is niet dit en dat, het gebiedt niet in algemene termen, het bestaat niet uit afzonderlijke deugden. Er is maar één Deugd: de zuivere, ernstige wil, die zich op het moment van de beslissing rechtstreeks openbaart, en kiest. In een levendige, karakteristieke ondeelbaarheid bewoont en bezielt het geweten het tedere zinnebeeld van het menselijk lichaam en weet het alle geestelijke ledematen tot de meest waarachtige activiteit te brengen.
(...)
...en nu zul je wel begrijpen dat de hele natuur alleen maar door de geest van de deugd bestaat en steeds bestendiger moet worden. Deze geest is het alles ontstekende, alles levend makende licht binnen het aardse kader. Van de sterrenhemel, die verheven koepel van het stenenrijk, tot aan het grillige tapijt van een bonte weide wordt alles door deze geest in stand gehouden, met ons verbonden en ons uitgelegd, en langs de onbekende baan van de oneindige geschiedenis der natuur naar de verheerlijking toe geleid." (p.176-177)


...en dat alles en meer brengt ons Novalis, in "De Blauwe Bloem", uit 1802. Een hoogtepunt in romantiek en idealisme. Indeed!

28.6.10

Volkswijsheden - de neo-logische omnibus

(Onder het kopje Relaties - subdivisie: Vrouwvolk)

"Geef ze je vinger en ze eten uit je hand."

24.6.10

laisser-faire, GODVERDOMME*

"Ik wil gewoon met rust gelaten worden."

Als ik dan toevallig naar huis fiets en het is warm en ik daarom mijn lange broek voor een korte verwissel, boven mijn in witte sokken gestoken voeten die in sandalen gestoken zijn die ingelopen moeten worden en ik fiets dan naar een donker hok waar ik in mijn eentje zal vertoeven tussen drumstel en gitaar en, en en enenenen WAT DAN NOG? Wat kijkt die gast dan toch als ik voorbijfiets, hangend tegen een muurtje in zijn flitsend witte zomerkleding? Dattie godverdomme* naar z'n eigen kijkt, hangt daar de hele dag te paffen en blablablabl en wat dan? hè? wat dan? Zeg ik er iets van? Stap ik af en vraag ik: "wat denk jij nou godverdomme* dat er eigenlijk belangrijk is in dit leven? Hoe denk je over de staat van de samenleving? Heb je soms ook zo'n last van je geweten als je ziet hoe vanalles zo makkelijk naar de knoppen gaat?" Nee, ik laat 'm gewoon met rust. Ieder z'n eigen sores, dromen, idealen en denkbeelden. Maar laat ieder goddomme* z'n eigenwaarde. Blijf er godverdomme* altijd vanaf. Dan komen dingen vanzelf wel goed. Heus. Dit zeg Ik.

Als je commentaar hebt, leer me dan kennen. En als het écht niet kan, als het er écht niet uitziet, vind ik dat waarschijnlijk ook. Maak je toch godverdomme* niet zulke zorgen om niets.

Zure appels zijn ook appels.

Zeur
Zuur
Blablabla
Zei jij iets?
het is ermee gedaan
het nadert zijn einde
de stekker eruit
en nou geen flauwekul meer
we hebben godverdomme* die electriciteit niet nodig
artificiële kutzooi dat 't is


* Godverdomme is eigenlijk een allesbehalve blasfemische uitdrukking: je geeft er mee aan dat het oordeel over jou alleen bij de (theoretische instantie van een) God ligt; daar ligt het laatste oordeel, de wijsheid om überhaupt jou in je volledigheid te kunnen keuren, het enige recht om jou als persoon te verdoemen.

17.6.10

De drie-eenheid!

En na deze dag meer dan drie,
maar niet minder eenheid.

10.6.10

De lezer als martelaar

in een verhaal
zat Jantje
opgesloten

de eenzaamheid!

hij -dronk-
zich -dood-
maar was nooit
afgesloten
eeuwig jong -steeds opnieuw
en eeuwig dood en dronken

United States of Aphorism

“There is no authority…but yourself.”
“Says who?”

28.5.10

of-ik-die-bril-wel-nodig-heb

Nee, ik ben een intellectueel.
Nee, die naaktheid is me anders gewoon teveel.
Nee, maar je mag 'm niet hebben.
Nee, maar de bril mij wel. Het is een parasiet.
Nee, nu je het zegt, ik ben eigenlijk niet zo visueel ingesteld.
Nee, maar ik weet nu eenmaal niet beter.
Nee, het is slechts een secundaire levensbehoefte.
Nee, want ik doorzie je vraag nog steeds niet.
Nee, maar is dat een noodzakelijke voorwaarde dan?
Nee, maar ik kreeg 'm vergoed van de verzekering.
Nee, net zomin als die lastige bijziendheid.
Nee, maar de bijwerkingen ervaar ik grotendeels wel als prettig.
Nee, niet specifiek, nee.
Nee, maar kennen wij elkaar?







Ja dus.

26.4.10

kassapoëzie - de siekwel

lopend vertraagt de pas haar
treden naar / in een onzeker
heden daalt de toekomst op
haar schreden terug.
Mocht het baten? Men dacht
van niet.
Zwalkend drentelt men alles
teniet.

...en einde.

P.S.: we doen dit nooit met opzet.

19.4.10

kassapoëzie - wa, rijmt da nie?

(nee, er valt niks van te rijmen)

ISBN verkeerd verbonden, word ik
word ik uitgezonden? deprimée,
mijn achternaam, gezet in steen,
hamerslag kraakt lucht en schiet open,

blijft daar gaan, een razend
stillen: draagkracht vlakt en
stroom - bulder door het malend
gezwel; o mijn weerkaatsend-e
lede-maat: ik zeg 't toch, ik zei
't al, maar wilde niet: "woord".
Zie, onaangedaan voleisend soort. Eiland.

4.4.10

Citatentijd

Omdat Milan Kundera zich mooi aan de woorden wijdt, hierbij een paar passages:

"De opbloei van de wetenschappen dreef de mens in de kokers van de gespecialiseerde disciplines. Hoe verder hij voortgang boekte in zijn weten, des te meer hij het geheel van de wereld en van zichzelf uit het oog verloor, zodat hij zo verzonk in dat wat Heidegger, leerling van Husserl, in een mooie en bijna magische formule de 'vergetelheid van het zijn' noemde." -p.9

"De mens wenst zich een wereld waarin het goed en het kwaad duidelijk van elkaar te onderscheiden zijn, want in hem huist het ingeschapen en ontembare verlangen te oordelen alvorens te begrijpen. Op dat verlangen zijn alle religies en ideologieën gebaseerd. Deze kunnen zich niet met de roman verzoenen als ze de relatieve en ondubbelzinnige taal ervan niet vertalen in hun apodictische en dogmatische theorieën. Ze willen dat er iemand gelijk heeft. (...)
In dat 'of dit-of dat' is het onvermogen begrepen om de essentiële relativiteit van de menselijke dingen te verdragen, het onvermogen om de afwezigheid van de Opperrechter onder ogen te zien. Vanwege dit onvermogen is de wijsheid van de roman (de wijsheid van de onzekerheid) moeilijk te accepteren en te begrijpen." -p.12

"In de verveling van de dagelijkse sleur winnen de dromen en dagdromen aan belang. De verloren oneindigheid van de buitenwereld wordt vervangen door de oneindigheid van de ziel. De grote illusie van de onvervangbare uniciteit van het individu, een van de mooiste Europese illusies, ontluikt." -p.13

Allen van de eerste pagina's uit De kunst van de roman van Milan Kundera, een verzameling interessante en prikkelende essays. Geprikkeld? Gaat dat lezen, dit is nog maar het topje! (en we weten allemaal dat topjes er zijn om uit te trekken)

17.3.10

Help, mijn broek hoest


Als je bent wat je eet,
dan was je wat je schijt;
conservatisme
heeft nog nooit mijn neus verblijd.



Drijvende drollen in het riool der verrotting; het moeras van de samenleving stinkt vooral door wat er bovenop drijft en bovenuit dampt; ik laat een remspoor achter als ik me voortsleep, naar voren; ook al vindt mijn kont elke zitplaats wel gerieflijk, de rest is rusteloos want er is teveel scheef dat recht (NB: mooi scheef is ook recht overigens) kan/moet zijn...en dan duiken in de diepe stronthoop en vrolijk wroeten, woelen, selecteren en de harde ontlasting knuffelen tot het moes is?

10.3.10

mensLelijkheid

Al die zieke, al die huichele,
al die ziekelijke huiche mensen
klaagsteen-blaag, vol van kinders wensen
zoekend naar ik-ik-ik: ik heeft geen grenzen.

En dan kruipt er één ineen,
schuilt voor de slagen-stok
van al die vingers, wijzend door haar
heen, naar ik-ik-ik.
En die één die zij die ik
die valt ineen, krimpelt, strompelt voort
Het gewicht op de wereld van haar schouders.

5.2.10

wereldje wereldje o zo klein

...o o, en toch zo fijn.
Want er is toch nog genoeg te zien, toch? Teveel voor één mens, en dan zijn er ook nog al die nuances enzo overal. Als je begrijpt wat ik bedoel. Wat dus gezegd wil worden: er is zo'n uitdrukking 'niet van deze wereld'. Wordt vaak gebruikt om iets buitengewoons aan te duiden. Eigenlijk een heel rare uitdrukking, zo vanne alsof er op deze aarde niets subliems gevonden kan worden. En dan wordt dat ook wel eens in muzikale contreien gebruikt, die uitdrukking. En dat terwijl kunst toch wel een heel menselijke bezigheid is (los van het mogelijke gegeven dat er ook nog buitenaardse kunsteligheden bestaan). Dan lijkt me zo: als je zegt 'o goh, niet van deze aarde, other-wordly gewoon!', dat je dan zegt dat het verbluffend is, maar dat het je niet raakt in je menselijkheid. In je op-de-wereld-zijn. Je met-de-wereld-zijn. Wanneer iets je echt raakt, en niet alleen maar overbluft als een heel knap kunstje of een verbluffend staaltje ontwikkeld vermogen, dan noem je iets toch gewoon 'werelds'? Is dat niet het grootste compliment? Het gaat niet om de mechanische, analyseerbare perfectie, maar om precies datgene wat je in doet leven en niet zozeer versteld doet staan. In ieder geval bij muziek dan hè.

En wat dacht je van 'Een bescheiden mens telt voor twee'? Een nieuwe neologistische uitdrukking, waar het niet gaat om een gewaarschuwd mens dat extra op haar hoede is, maar om een persoon die in haar vorm van bescheidenheid niet alleen zichzelf meetelt maar altijd met die ander rekening houdt.
Zo, dat sluit een nieuw uit de lucht gegrepen bericht af op dit daar ooit voor in het leven geroepen internetadres.

4.2.10

Seduced By Incubus...

It's so much better
when everyone is in.
Are you in?

Are you are you are you
Are you are you are you
Are you are you are you
Are you are you are you
Are you are you are you
Are you are you are you
(Everybody everybody in)

27.1.10

a Draconian _ Cry of Silence

As darkness swells up from within
and towering clouds rain from above
No one can walk away
from inner rot

There is no way to the sides
We cannot fly
All we can
is dive

To find peace therein
is to merge with yourself
and indulge in
darkest hopes

Here we go

11.1.10

het staat voor alles

Waar het misgaat bij bijvoorbeeld een bepaald slag politici: het bevechten van intolerantie wordt gedaan met behulp van niets anders dan intolerantie. Conservatisme met conservatisme. Haat met haat. En haat voedt haat. Men houdt elkaar in stand door vernietiging, vernietiging van hoop, optimisme en mogelijkheden. Het is net zoiets als een spiraal van geweld: men laat zich erdoor meeslepen en daalt steeds verder af in een wereld waarin de uitgang steeds moeilijker te vinden is. En het is allemaal niet nodig. Hebben we niet allemaal geleerd dat je op a geen a moet zeggen, maar b? (of was dat nou iets anders…) We moeten een ander geluid gaan laten horen, en hoognodig ook (voordat die uitgang schier onbereikbaar wordt).

Ooit, niet zo heel lang geleden, had men duidelijk begrepen welk geluid er gehoord moest worden: een vreedzaam geluid. Hippies en idealisten zijn zo gek nog niet. Het enige probleem is dat de zachtaardige gesteldheid van het geluid toe heeft gelaten dat alles er uiteindelijk overheen walste. Men verloor al snel die eigen, heel simpele idealen uit het oog, en als men die al behield, behoorde men voortaan tot een groep in de samenleving die verdrukt en zonder rol van betekenis in een hoekje stond te verkleumen. Het pacifisme blijkt als ideaalstroming op zich niet sterk genoeg om te overleven. Dus is het hoog tijd voor een nieuwe formele term die dat mooie geluid weer nieuw leven inblaast. Een term die iedereen, ook de meest intolerante klootzak, maar al te goed zal begrijpen en niet zo makkelijk zal durven negeren. We stellen aan u voor: offensief pacifisme.

We gaan het geweld bedelven onder grote hopen loodzware vrede.
We verstikken de haat met nevels van onverzettelijke liefde.
Er zal gevochten worden, en niemand zal sneuvelen.
Daadkracht, de kracht van de daad op zich zal zegevieren.

Maar is dit niet al veel eerder gedaan? Hebben ze daar niet allang een term voor? Heette dat niet flower power? Waarom zijn we dat kwijtgeraakt? Waar is het heen gegaan? Dit symbool:



Dat is alles wat er te zeggen valt. En het is al gezegd, en het is al gedaan. Dus wat rest ons nu nog? We kunnen het alleen nog maar herdenken.

Her-denken. Dat is meer dan een nostalgische terugblik (of dat zou het dan toch tenminste moeten zijn). Het is een her-nemen, een her-beleven en uiteindelijk een her-leven. Er moet nieuw leven in geblazen worden. En wel met een hele lange adem. Geen holle frasen meer, geen grapjes, geen flauwdoenerij, en vooral niet de aandacht laten verslappen. Want dan wordt er over je heen gewalst door al het tegengeluid dat er nog is. Dan raak je het kwijt of eindig je in een hoekje. Dus laten we nu eindelijk eens met een serieus oor luisteren naar een boodschap die toch vaak te lichtzinnig werd behandeld: All you need is love. Love is all you need.

7.1.10

Boom

geciteerd van een paar blaadjes:

543
"Who has never killed an hour? Not casually or without thought, but carefully: a premeditated murder of minutes. The violence comes from a combination of giving up, not caring, and a resignation that getting past it is all you can hope to accomplish. So you kill the hour. You do not work, you do not read, you do not daydream. If you sleep it is not because you need to sleep. And when at last it is over, there is no evidence: no weapon, no blood, and no body. The only clue might be the shadows beneath your eyes or a terribly thin line near the corner of your mouth indicating something has been suffered, that in the privacy of your life you have lost something and the loss is too empty to share."

545
"Make no mistake, those who write long books have nothing to say.
Of course those who write short books have even less to say."

337
"He tries to escape his invention but never succeeds because for whatever reason, he is compelled, day and night, week after week, month after month, to continue building the very thing responsible for his incarceration."

546
"The house is history and history is uninhabited."


uit "House of Leaves", Mark Z. Danielewski

3.1.10

The Catcher In The Rye

An excerpt of ingeniousity:


"The cab I had was a real old one that smelled like someone'd just tossed his cookies in it. I always get those vomity kind of cabs if I go anywhere late at night. What made it worse, it was so quiet and lonesome out, even though it was Saturday night. I didn't see hardly anybody on the street. Now and then you just saw a man and a girl crossing a street, with their arms around each other's waists and all, or a bunch of hoodlumy-looking guys and their dates, all of them laughing like hyenas at something you could bet wasn't funny. New York's terrible when somebody laughs on the street very late at night. You can hear it for miles. It makes you feel so lonesome and depressed. I kept wishing I could go home and shoot the bull for a while with old Phoebe. But finally, after I was riding a while, the cab driver and I sort of struck up a conversation. His name was Horwitz. He was a much better guy than the other driver I'd had. Anyway, I thought maybe he might know about the ducks.
"Hey, Horwitz," I said. "You ever pass by the lagoon in Central Park? Down by Central Park South?"
"The what?"
"The lagoon. That little lake, like, there. Where the ducks are. You know."
"Yeah, what about it?"
"Well, you know the ducks that swim around in it? In the springtime and all? Do you happen to know where they go in the wintertime, by any chance?"
"Where who goes?"
"The ducks. Do you know, by any chance? I mean does somebody come around in a truck or something and take them away, or do they fly away by themselves-go south or something?"
Old Horwitz turned all the way around and looked at me. He was a very impatient-type guy. He wasn't a bad guy, though. "How the hell should I know?" he said. "How the hell should I know a stupid thing like that?"
"Well, don't get sore about it," I said. He was sore about it or something.
"Who's sore? Nobody's sore."
I stopped having a conversation with him, if he was going to get so damn touchy about it. But he started it up again himself. He turned all the way around again, and said, "The fish don't go no place. They stay right where they are, the fish. Right in the goddam lake."
"The fish, that's different. The fish is different. I'm talking about the ducks," I said.
"What's different about it? Nothin's different about it," Horwitz said. Everything he said, he sounded sore about something. "It's tougher for the fish, the winter and all, than it is for the ducks, for Chrissake. Use your head, for Chrissake."
I didn't say anything for about a minute. Then I said, "All right. What do they do, the fish and all, when that whole little lake's a solid block of ice, people skating on it and all?"
Old Horwitz turned around again. "What the hellaya mean what do they do?" he yelled at me. "They stay right where they are, for Chrissake."
"They can't just ignore the ice. They can't just ignore it."
"Who's ignoring it? Nobody's ignoring it!" Horwitz said. He got so damn excited and all, I was afraid he was going to drive the cab right into a lamppost or something. "They live right in the goddam ice. It's their nature, for Chrissake. They get frozen right in one position for the whole winter."
"Yeah? What do they eat, then? I mean if they're frozen solid, they can't swim around looking for food and all."
"Their bodies, for Chrissake-what'sa matter with ya? Their bodies take in nutrition and all, right through the goddam seaweed and crap that's in the ice. They got their pores open the whole time. That's their nature, for Chrissake. See what I mean?" He turned way the hell around again to look at me.
"Oh," I said. I let it drop. I was afraid he was going to crack the damn taxi up or something. Besides, he was such a touchy guy, it wasn't any pleasure discussing anything with him. "Would you care to stop off and have a drink with me somewhere?" I said.
He didn't answer me, though. I guess he was still thinking. I asked him again, though. He was a pretty good guy. Quite amusing and all.
"I ain't got no time for no liquor, bud," he said. "How the hell old are you, anyways? Why ain'tcha home in bed?"
"I'm not tired."
When I got out in front of Ernie's and paid the fare, old Horwitz brought up the fish again. He certainly had it on his mind. "Listen," he said. "If you was a fish, Mother Nature'd take care of you, wouldn't she? Right? You don't think them fish just die when it gets to be winter, do ya?"
"No, but-"
"You're goddam right they don't," Horwitz said, and drove off like a bat out of hell. He was about the touchiest guy I ever met. Everything you said made him sore.

p.81-83

On the textuality of sex

Two blogs earlier I reported about this idea:

That woman is not an origin but a 'writing effect' (écriture feminine). Claim: not sexuality of the text, but textuality of sex (sex is a product of writing).
I couldn't understand what it meant then. Now I think I may do (partly). It may be very easy.
--------
The claim may be: there is no sexuality of the text, but textuality of sex.
-possibly claimed by: Hélène Cixous
----------
It is the idea that 'woman' is not so much a biologically identifiable characteristic, as it is a culural one. We may all know the distinction nature/nurture: shortly, the difference between what is genetically caused and what formed you culturally/educationally/etc. What Hélène Cixous now claims, is that what understand to be typically female, is mostly or even only so because of the image we created of female and feminine. We invented 'woman' by writing her in all her nuances, and now women are measured by that image and forced to meet the invented expectations. So when Hélène Cixous says: no sexuality of the text, she means that the text doesn't show us any 'real' sexuality: the female sex exists only within the textual: 'textuality of sex'.
Or: another interpretation of her claim could be as follows:
----
The claim may be: there should be no sexuality of the text, but textuality of sex.
-possibly claimed by: Hélène Cixous
-------
This means something different: it would mean that one should be free of one's biological origin when writing. Any person should be able to write anything, without worrying about what he or she might be for real. Also, the writing should build the idea of your sex, and not the other way around; you shouldn't write from a conviction about your own biological origin and of that of others. You should be writing from a perspective of freedom, letting identity grow while the words flow. Writing shouldn't be a thing of fear and defense. Maybe I'm overdoing this now. But the point at least is: a text always is sexually tainted, and to claim it to be 'just this' or 'just that' does injustice to a text, as everyone may be reading differently into it. That is the textuality of sex we may be looking for: creating it from reading, growing conscious of it culturally, in a free way.
--------
Maybe it's not so simple, maybe it's not so easy.
Waddoyouthink?