28.10.10

Dutch Design Week '

Waar ergert een mens zich aan? De één ergert zich aan hondepoep onder en om de schoenzool heen gevouwen, de ander aan de wanhoop opwekkende staat van samenlevingsverbanden. Meestal zijn deze één en ander ook één. Toch zijn er ook ergernissen die niet door iedereen gedeeld zullen worden. Wat er dan gebeurt, is dat een geërgerd persoon zijn ergernis zal willen delen met een medemens. Om dat te bereiken wordt die ergernis in een breder kader gegoten en/of theoretisch verantwoord. In ieder geval wordt er zodanig mee om gesprongen, dat een ander aangesproken wordt als ware het geen persoonlijke en incidentele ergernis maar eentje van een algemene en wellicht universele strekking; eentje die door iedereen gedeeld moet worden, als men er zich maar bewust genoeg van was. Bewustwording van de ergernis ter opvoeding van de burger. Nou nou, poeh poeh. Willen we dat wel altijd? Den matriarch of patriarch staat weer eens op de deurbel te hameren. Gewoon achter de bank kruipen.

Eentje die ik graag wil delen en omringen met een motiverend kader: het Grote Montuur. Totaal overbodig en achterhaald, toch populair. Mensen willen zich ermee onderscheiden en plaatsen zich daardoor binnen een massa fantasieloze gelijksoortigen. Leeghoofdigheid en strebergedrag? Wat er in ieder geval over gezegd kan worden, is dat het een hopeloos anachronisme is: al die moderne "design"erigheid die teruggrijpt op geforceerd iconisch verklaarde stijlmiddelen. Combineer dat met de verplichte iPod en het anachronisme wordt er nog groter op. Je montuur moet zo primitief mogelijk zijn, maar gadgets horen niet terug te verwijzen. Oftewel: het gaat helemaal nergens over, en al helemaal niet over functionaliteit.
Precies in deze zelfde categorie valt het jonge modieuze meisje met hoofddoek: ik begrijp heus wel dat je wilt laten zien waar je voor meent te staan, maar het anachronisme en de functionaliteit gaan volledig aan je voorbij. Een hoofddoekje boven een minirok: nu heb ik veel eerder de neiging om mijn hand op een verrukkelijk wiegende kont te leggen dan door een bos glanzend en opspringend haar te halen, en dat niet alleen vanuit functionalistisch(-evolutionair-biologisch?) oogpunt. Oftewel: dat hoofddoekje en dat grote montuur: voor mij persoonlijk betekent het niets meer. Hoeft niet. Maar zolang ik er niet onder bedolven word, zolang de achterlijkheid zich niet teveel aan me opdringt, zal ik ook geen verandering eisen. Laisser-faire.

Dus wanneer Geert Wilder een "kopvoddentaks" zou willen instellen vanuit de één of andere drogredenering, laat 'm dan ook eerlijk zijn en zijn persoonlijke ergernis correct theoretisch omkaderen. Wat in zou houden dat hij net zo goed het grote montuur en vele andere zaken onder die taks moet plaatsen. Al die wanhopig verwijzende anachronismen. Al dat zoeken. Al dat zogenaamde afzetten. Al dat halve, zonder echt door te breken. Al dat kuddegedrag, maar waar is het voorste schaap? Al lang en breed dood en begraven in de wereld van de fictie. Engelsen zeggen "yearning". Maar dat men dan ook eens na gaat denken over naar wat men dan zo verlangt. Dan zou er nog iets fundamenteels kunnen veranderen. (En nee, zo'n montuur is niet "gewoon speels", het wordt ingezet op een manier waardoor het niet meer vrijblijvend kan worden benaderd: het montuur an sich is vervuild geraakt.)

No comments: